Vlinders
Vlinders op het schoolplein zijn erg leuk. Als je vlinders op het schoolplein wilt, moet je zorgen voor zonnige plekjes zodat ze zich kunnen opwarmen. Zorg er ook voor dat de vlinder in al zijn stadia op het schoolplein terecht kan. Eitjes, rupsen en poppen van vlinders overwinteren vaak in het gras, tussen de beplanting en onder bladeren. Wacht met opruimen van uitgebloeide planten en blad tot het voorjaar.
Waardplanten
Veel rupsen van vlinders leven maar op een handvol soorten planten of zelfs maar op één soort waardplant. Op deze waardplant zet de vlinder haar eitjes af. De waardplant is het voedsel voor de rups. Waardplanten zijn onder andere: pinksterbloem, look-zonder-look, schermbloemigen, vlinderstruik, klaversoorten, brandnetel, iep, klimop, vuilboom en veldzuring. Plant enkele van deze waardplanten op het plein als je veel verschillende soorten vlinders wilt. Maak bijvoorbeeld een rommelhoekje achter een schuurtje met brandnetels; dit is aantrekkelijk voor de dagpauwoog, kleine vos, atalanta en het landkaartje.
Nectarplanten
Vlinders hebben nectar nodig om van te leven. Kies voor planten met een variatie in bloeitijden en verschillende bloemvormen zodat er het jaar rond voldoende voedsel is. Bloemvormen zoals schermbloemen, buisvormig, aarvormig of kelkvormig trekken allerlei verschillende vlinders en bijen aan. De buddleja (vlinderstruik) heeft bloemen met een lange, smalle bloembuis waardoor alleen insecten met een lange tong bij de nectar kunnen. Je ziet rond deze plant dan ook altijd allerlei vlinders rondfladderen. De buddleja heeft allerlei grappige aanpassingen om het zo makkelijk mogelijk te maken voor insecten. Zo is het hartje van een niet bestoven bloem geel waardoor deze goed zichtbaar is voor insecten. Na de bestuiving wordt het hartje rood. Dit is juist een kleur die insecten slecht zien. Enkele aantrekkelijke planten voor vlinders zijn de zonnehoed, wilg en wilde tijm. De vuilboom (oftewel sporkehout) trekt citroenvlinders aan en zijn bloesem levert nectar.
Nachtvlinders
Veel nachtvlinders rusten overdag op een muur of boom. Ze zoeken ’s nachts naar voedsel op bloeiende bloemen, rottend fruit, uitwerpselen en vochtige grond. Rupsen van nachtvlinders eten allerlei planten. Nachtvlinders hebben een belangrijke rol in het ecosysteem. Er zijn ongeveer maar 50 soorten dagvlinders in Nederland. En dat terwijl er wel ongeveer 2400 soorten nachtvlinders zijn! Veel andere diersoorten (vleermuizen/ vogels) zijn afhankelijk van de nachtvlinder omdat dit een belangrijke voedselbron voor ze is. Nachtvlinders maken dankbaar gebruik van bloeiende planten op het plein zoals bijvoorbeeld de kamperfoelie, klimop en de liguster. De teunisbloem gaat pas ’s avonds open en is dus helemaal gericht op de nachtvlinder.